Ongewoon en onbeleefd. Zo ontmoeten we Bella Baxter, de eigenaardige dochter van Dr. Godwin Baxter (Willem Dafoe). In een kleurloze introductie, onder akelige viooltonen gecomponeerd door Jerskin Fendrix, wordt een grauwe scene gezet. Toen ik deze film in Lumière Mechelen ging zien zonder erover te lezen, werd mijn interesse snel gewekt. Bella (gespeeld door Emma Stone) danst kleuterlijk doorheen een Victoriaans huis zonder gêne of terughoudendheid. Haar stokkende beweging valt snel op en doet de kijker afvragen wat er met haar scheelt. Aan tafel met haar vader speelt dit eigenaardig gezin ten volle met de verbeelding wanneer Dr. Godwin, hangend aan een bakster vol maagsappen, verterende bellen blaast terwijl Bella haar eten op de grond gooit. Ondanks haar kinderlijk gedrag heeft Bella het uiterlijk van een knappe volwassen vrouw.
Later blijkt dat Bella een creatie van Godwin is, die zij al dan niet toevallig God noemt, à la Frankenstein. Nadat zij in een vroeger leven als hoogzwangere dame van adel van een brug sprong, redde Godwin haar baby en haarzelf op de enige volgens hem “logische” manier. Hij implanteerde het brein van de ongeboren baby in Bella’s lichaam.
Het verhaal speelt verder in op opgroeiende Bella, die aanvankelijk spreekt als een kleuter met unieke vocabulaire. Hoe kan het anders, als je “vader” een alleenstaande chirurg is uit een gebroken jeugd. Al snel gedraagt ze zich rebels, waardoor de gebruikelijke vader-dochter spanningen naar boven komen. Wanneer zij besluit de wereld buiten haar geboortehuis te verkennen, verandert de film van toon door het plotse gebruik van kleur. De muziek, zeer scherpe viool die steeds nét naast de toon klinkt, blijft alom aanwezig terwijl zij zich ontplooit in haar nieuwe wereld.
Ik vond de manier waarop Emma Stone haar personage neerzette prachtig om zien. Het moet geweldig zijn om zo’n carte blanche te krijgen van een regisseur, dat je letterlijk al je kinderlijke impulsen naar boven kan laten komen. Dat zij hiervoor met een Oscar voor Beste Actrice won vind ik dan ook zeer terecht. Filmisch werd dit verhaal prachtig in beeld gebracht door het kleurenspel, eigenaardige perspectieven en een fisheye lens. De absurditeit deed me terugdenken aan Everything Everywhere, All At Once. Al werd er hier, door de keuze van een onschuldige en mentaal jonge vrouwelijke hoofdrol in een wereld die gebruik van haar maakt, een mooie nadruk gelegd op feministische en globale problematiek.
Zo ontdekt Bella haar seksualiteit bij de cassanova Duncan Wedderburn, die haar zonder enige goede bedoeling meeneemt op een avontuur doorheen de wereld. Wanneer ze aankomen op een eiland waar dode kinderen en een armere klasse aanwezig zijn, wordt zij emotioneel van het onrecht. Nog erger vindt ze de normaliserende visie die de hogere komaf hierover heeft. Ze besluit stiekem al het geld van Duncan weg te geven “aan die armen”, waarbij er wederom gebruik van haar wordt gemaakt. Het geld wil ze doorgeven via een matroos op hun cruiseschip, waardoor de donatie de armen nooit zal zien.
Zonder geld aangekomen in Parijs, ziet zij dit als een sociaal experiment. Ze besluit haar lichaam te verkopen in een bordeel. Ook daar wordt ze geconfronteerd met de scheefgetrokken paternalistische insteek binnen dit beroep. Er komt geen kennismaking aan te pas vooraleer de mannen hun gang gaan met haar. Zij maakt hierover het punt of het niet beter zou zijn dat de vrouwen uit het bordeel zélf kiezen welke mannelijke klant ze willen bedienen. Zou dat hen geen beter gevoel van welwillendheid geven, wat leidt tot betere seks? Haar inmiddels ietwat opgegroeide maar even onschuldige geest houdt de kijker een unieke spiegel op de wereld voor.
Zelf werd ik zeer nieuwsgierig en geprikkeld van deze film, die tot nadenken maar ook tot lachen brengt. Ik ben grote voorstander van films die fantasierijk omgaan en spelen met de mogelijkheden van het beeld, en daar hoort dit verhaal zeker bij. Al zal hij niet aanspreken voor wie liever in een rigide realisme blijft in de cinemastoel.
